Beste inwoners, ondernemers en organisaties,

Het is ongelooflijk hoe snel het gewoon is geworden: geen handen meer schudden en elkaar op een andere manier begroeten.

Hoe is ons dat gelukt? Heel simpel: omdat we het wilden, doordat we het hebben volgehouden en doordat we het samen doen.

Een nieuwe gewoonte aanleren lukt het best als we ervoor gemotiveerd zijn. Anders gezegd: we kunnen ons gedrag veranderen als we dat zelf willen. Omdat het ons iets oplevert. Omdat we vinden dat het ergens goed voor is. Of omdat ons een beloning wacht. Behalve het willen moeten we het ook volhouden. Het kost namelijk tijd om nieuw gedrag toe te passen. We moeten het nieuwe zo vaak doen dat we er niet meer over hoeven na te denken. Het moet inslijten tot het een automatisme wordt. Lopen en fietsen, veters strikken en tanden poetsen, piano spelen of voetballen, lezen en schrijven, zelfs praten: ooit konden we het niet en ooit hebben we het geleerd. Ooit hebben anderen ons aangemoedigd en ons laten zien hoe het moest. Ooit keken we de kunst af en nu doen we het vanzelf.

De opdrachten en regels vliegen ons nu al weken, zelfs maanden, om de oren. Blijf thuis. Werk thuis. Houd 1,5 meter afstand. Vermijd drukte. Was je handen (20 seconden!). En ga zo maar door. Al deze gedragsregels waren nodig om verdere verspreiding van het coronavirus te voorkomen. Dat is ons samen – met alle 17 miljoen Nederlanders – aardig gelukt. ‘De cijfers’ laten dat zien: er zijn minder besmettingen, minder opnamen in het ziekenhuis en ook de corona-sterfte daalt. Mooi. Dan hoeven we ons nu toch niet meer aan die regels te houden? Ach, was dat maar waar!

De werkelijkheid is dat het coronavirus nog steeds onder ons is. We kunnen elkaar er nog steeds mee besmetten en we kunnen er nog steeds ziek van worden (of erger). Ons aan de regels houden betekent dat we elkaar daartegen beschermen. Inmiddels betekent het nog iets anders. Als we ons aan de regels houden, kunnen en mogen we steeds meer. Als we ons gezonde verstand gebruiken, kunnen de scholen open blijven. Dan kunnen we buiten blijven sporten, weer op een terrasje zitten en op bezoek bij opa en oma.  Allemaal fijne dingen, waar we zelf blij van worden en anderen blij mee maken. En dat is goed voor onze gezondheid: lichamelijk, mentaal, sociaal en economisch.

Al die fijne dingen kunnen alleen als we het coronavirus onder controle houden. We kunnen en mogen steeds meer, maar… op een andere manier. Niet zoals vroeger, vóór het coronavirus. Wel zoals nu, mét het coronavirus: met nieuwe gewoonten. Ons gezonde verstand gebruiken betekent dat we blijven nadenken over wat we doen en hoe we dat doen. Van hoe we elkaar begroeten tot hoe we over de stoep lopen. Op welke dagen we naar kantoor gaan en wanneer we boodschappen doen. Een balletje overtrappen kan best, maar een wedstrijdje spelen niet. Op bezoek bij opa en oma, samen chillen, even praten met een paar andere ouders bij het schoolplein: het is allemaal prima, maar wel op 1,5 meter afstand. Laten we vooral voor ogen houden dat we dit allemaal doen...

… omdat we het willen, doordat we het volhouden, #AlleenSamen.

Uw burgemeester,

Tom Horn